Samenvallen – Ymkje Swart – oplossing


Oplossing

Het juiste woord was reus.
De meeste mensen dachten boom.
De dichter noemt de boom echter een reus. Dat is een vergelijking. Ze gebruikt beeldspraak.
We dachten dat hij heel moeilijk zou zijn, maar toch zijn er twaalf goede inzendingen!
Er zijn ook veel mooie andere woorden bedacht.
Onder het gedicht kun je lezen wat dichter Ymkje Swart van jullie mooie woorden vond.
Dus scroll nog even omlaag!

In de Erelijst zie je wie het woord juist geraden heeft.

Dit was het laatste gedicht van dit jaar. Bedankt voor het meespelen!
De dichters vonden het leuk, de organisator vond het leuk en ik hoop jullie ook!
Tot de volgende keer.

Ymkje Swart over het gedicht en de inzendingen

Jullie hebben geweldige woorden verzonnen, dank jullie wel!
Plataan en boom hadden natuurlijk goed gepast, en ook bast vind ik goed passen, maar voor de derde strofe van het gedicht wilde ik plataan juist niet herhalen.
Bovendien zocht ik een woord dat wat steviger klinkt dan boom.
Mijn keuze werd: REUS.
Ook vond ik de vier eu-klanken in die twee regels mooi klinken.
Dat noem je klinkerrijm: gesteund door die reus keek ik omhoog. Een keus aan kleur.

Op het woord regenplas was ik nooit gekomen, maar ik kan zo’n regenplas wel voor me zien en dan ook meteen in het regenwater de weerspiegeling van zo’n grote boom. Prachtig beeld.
Dat je van een woord in de lach kunt schieten… het overkomt me bij gast. Tenminste als gast hier gekozen is, zoals het in hip spreektaal wordt gebruikt, bv: Hè, gast, blijf van mijn controller af. Of: Gást, dat kun je toch niet maken!

Oermoer intrigeert, want dat zet de lezer op een ander been, en dat geldt ook voor mineur, alhoewel dat laatste misschien wel een tikkie verdrietig is.

Van epifanie (betekenis hier: plotselinge, verwarrende openbaring) word ik even stil. Er dansen een paar elfjes tussen de letters van epifanie, en het woord zou een goede titel zijn geweest.

Heel majestueus vind ik woudreus, maar echt het allermooist vind ik reuzereus. Nóg een eu-klank erbij, én de reus wordt dubbelgroot. De volgende keer dat ik het gedicht ga voorlezen, speel ik leentjebuur en zal reuzereus gebruiken…

Nog even dit: afgelopen zomer fietste ik langs het riviertje het Gein naar Abcoude. In dat dorp is een fijn groen park, het Hugo de Vriespark. Bij de ingang staat een magistrale plataan, een joekel! Leun je daar met je rug tegen aan en kijk je naar boven, dan weet je niet wat je ziet. Speurwerk op internet leverde het volgende nieuwtje op: de plataan is in 1860 geplant; dat maakt de boom dus honderdzestig jaar oud!